In de gedichten van Jannah Loontjens zijn koelboxen, luxaflex en Zwitsal-shampoo te vinden, maar deze objecten hebben hun alledaagsheid verloren en zijn onderdeel geworden van een eigen poëtische wereld. Jannah Loontjens plaatst de dingen in een onverwacht, soms onwennig perspectief, waarin zij de mogelijkheden en de beperkingen van taal aan de orde stelt. Vrijwel elk gedicht wordt door een voelbaar verlangen gedreven. Vaak richt dit verlangen zich op het meest klassieke poëtische onderwerp: de liefde. Dit herkenbare verlangen wordt op zo’n wijze verwoord, dat het steeds opnieuw een vervreemdende sfeer oproept.